Project omschrijving
3.15 Ronald Reagan (deel 3)
Op de rustige, overzichtelijke jaren ’50 volgden de roerige jaren ’60. Dat was in Amerika een verwarrend decennium, gekenmerkt door grote politieke verdeeldheid tussen conservatief rechts en progressief links. De Vietnam-oorlog, die al enige jaren voortduurde, eiste steeds meer jonge Amerikaanse (en nog veel meer Vietnamese) levens. De oorlog was uitzichtloos en werd maar niet gewonnen door het machtigste land ter wereld, wat elke Amerikaan dagelijks op televisie kon zien. Hoe was het mogelijk dat het land dat twee wereldoorlogen had gewonnen zo’n klein Aziatisch land niet onder controle kreeg? En waarom moesten Amerikaanse jongens in dat verre land hun leven op het spel zetten?
Eind jaren ’60 liepen de frustraties hoog op. De generatie van na de oorlog, de babyboomers, zette zich af tegen de generatie van voor de Tweede Wereldoorlog. De zwarte bevolking, die in zuidelijke staten leden onder de segregatie en wettelijke achterstelling, eiste haar rechten op, met Martin Luther King als leider van de Civil Rights movement. Studenten kwamen in opstand, eisten het recht op vrije meningsuiting en riepen om beëindiging van de oorlog. Amerika was boos en bang tegelijk. Protestdemonstraties en politiegeweld waren aan de orde van de dag. In die jaren besloot Ronald Reagan de politiek in te gaan. De Republikein Reagan stond in 1966, tijdens zijn verkiezingscampagne voor het gouverneurschap van Californië, tegenover een argwanend publiek, met protestborden die refereerden aan de Vietnam-oorlog en de waterstofbom.
Reagan deinsde er niet voor terug. Hij had wel voor hetere vuren gestaan. In de film.1
LAW AND ORDER
Eén student was daar allemaal niet mee bezig. Donald Trump concentreerde zich eind jaren ’60 op zijn eigen toekomst, speelde een blauwe maandag met de gedachte naar Hollywood te gaan voor een loopbaan als filmproducent, maar koos er uiteindelijk toch voor om in New York te blijven. Hij was niet geïnteresseerd in protestdemonstraties of andere linkse hobby’s, aangezien hij was voorbestemd om als vastgoedontwikkelaar aan de slag te gaan in het bedrijf van zijn vader. Het lukte hem om de dienstplicht te ontlopen, zogenaamd wegens ‘hielspoor’, waardoor hij net als de meeste jongens met rijke vaders en goede connecties, zijn leven niet hoefde te wagen in Vietnam. Dat zou ook zonde zijn geweest, want deze jongen had grote plannen met zijn leven. Heel grote plannen. Ooit zou het televisiejournaal over hém gaan.
1968 was een historisch jaar voor de Verenigde Staten, en een dieptepunt. Na de moord op Martin Luther King in april van dat jaar waren de rassentegenstellingen uitgemond in nationale rellen. Een andere moord beroofde de Democraten in juni van een kandidaat voor het presidentschap, Robert Kennedy, de jongere broer van de in 1963 vermoorde president John Kennedy. In november werd de Republikein Richard Nixon gekozen tot president, de man die in 1960 van John Kennedy had verloren. Hij afficheerde zich als de man die een einde zou maken aan de Vietnam-oorlog. Hij was de ‘president of law and order’, zoals Donald Trump zich 52 jaar later letterlijk ook zou noemen. ‘Law and order’ was wat het land eind jaren ’60 nodig had, volgens de ene helft van de bevolking. Dat is wat dictators hun volk bieden: stabiliteit in onrustige tijden. De andere helft van de bevolking wilde gewoon vooruitgang en serieus genomen worden.
AMERICAN PATRIOT SHERIFF JOE ARPAIO. HE KEPT ARIZONA SAFE!
Maar dit hoofdstuk gaat niet over Nixons invloed op Trump, maar over Reagans invloed op Trump. In twee sleuteljaren kon Donald Trump zien hoe de politicus Reagan omging met een crisis. In 1969 was Donald 23 jaar en gouverneur Reagan kampte met demonstrerende studenten in Berkeley. In 1981 was Donald 35 jaar en president Reagan kreeg te maken met duizenden stakende verkeerleiders in het hele land. Ik zag duidelijke sporen van Reagans aanpak terug in Trumps aanpak in 2020.
Trump had altijd al een zwak gehad voor de rol van sheriff. In 2017 had hij Sheriff Joe Arpaio een presidentieel pardon verleend. De in 1932 geboren Arpaio was vijf keer herkozen tot sheriff van Maricopa County, Arizona, wat hem de langst zittende sheriff van Amerika had gemaakt. Hij had in 2008 een boek geschreven met de titel Joe’s Law: America’s Toughest Sheriff Takes on Illegal Immigration, Drugs, and Everything Else That Threatens America.
Arpaio versoberde het regime voor gevangenen – maaltijden mochten niet meer kosten dan een halve dollar per gevangene per dag. Hij voerde de ‘chain gangs’ opnieuw in en ook de inzet van de zogeheten ‘posse’, die de meeste mensen alleen kenden uit klassieke westerns. Maar dit keer was zijn inzet van burgers bedoeld om illegale immigranten op te sporen en het land uit te zetten. Kortom: een man naar Trumps hart. Maar Arpaio’s populariteit daalde toen duidelijk werd hoe racistisch en hardvochtig hij te werk ging, terwijl hij andere misdaden, zoals kindermisbruik, veronachtzaamde. Toen hij veroordeeld was wegens minachting van het gerechtshof verleende Trump hem gratie.
I’M ACTUALLY THE CHIEF LAW ENFORCEMENT OFFICER OF THE COUNTRY
Trump was zo gecharmeerd van de rol dat hij zichzelf eigenlijk de hoogste sheriff van Amerika vond, zo beweerde hij in februari 2020. Die uitspraak was toen bedoeld om te rechtvaardigen dat hij zich overal mee mocht bemoeien, dus ook met de rechtzaak van zijn handlanger Roger Stone. Niet dat hij dat deed, beweerde hij, maar hij zou het wel mogen: ‘I’m allowed to be totally involved. I’m actually, I guess, the chief law enforcement officer of the country, but I’ve chosen not to be involved.’ (zie hoofdstuk 3.8 voor de saga van Roger Stone).3
Interessanter werden Trumps opvattingen over ‘law and order’ toen er in heel Amerika demonstraties uitbraken, in reactie op de moord op een zwarte man, George Floyd, door een blanke politie-agent in mei 2020. Die protesten verliepen over het algemeen volledig vreedzaam, maar op sommige plaatsen vonden er ook ongeregeldheden plaats, die vervolgens breed werden uitgemeten door de presentatoren van FoxNews, Trumps lievelingskanaal. Fox was nooit te beroerd om een vuurtje verder op te stoken, net als Trump.
De woorden die Fox gebruikte deden het goed in Trumps universum: ‘police crackdown’, ‘violent rioters’, ‘get tough’, ‘bring order’.4 Effectieve propaganda bevat duidelijke taal, gericht op de bekende doelgroep.
Minder prettige feiten bleven onbenoemd op Fox: ‘police officer murders innocent black man’, ‘peaceful protest broken by police brutality’, ‘Trump fails to address fundamental problems’, ‘Trump divides nation’ of ‘Trump ignores systemic racism’. Op dergelijke teksten zat de doelgroep niet op te wachten. En zeker niet Fox’s audience of one in Het Witte Huis. De president legde liever uit waarom hij ‘law and order’ zo belangrijk vond.
In 2020 werd mij pas echt duidelijk hoe goed Donald Trump decennia geleden op Ronald Reagan had gelet. Niet alleen in 1981, toen Reagan president was, maar vooral ook in 1969, toen Reagan gouverneur was van de staat Californië.
PRESIDENT REAGAN – 1981
Donald Trump bracht zijn tweede boek, The Art of Survival, uit in 1990, twee jaar nadat Ronald Reagan zijn presidentschap had beëindigd en diens vice president, George H. Bush, was gekozen tot zijn opvolger. In het boek refereerde de inmiddels 44-jarige Donald één keer aan Reagan. Hij klaagde over Amerika’s zwakte op het wereldtoneel. Trump sprak over ‘the opposite of toughness – weakness. Our problem is that we’ve stood behind our ideals only sporadically in recent years.’
Maar hij gaf Reagan wel een veelzeggend compliment: ‘President Reagan’s mass firing of the air traffic controllers in 1981 comes to mind as an example of standing firm for a principle’.5 In Nederland zal vrijwel niemand zich deze gebeurtenis herinneren, maar op Donald Trump had het ontslaan van 11.359 verkeersleiders grote indruk gemaakt. Ik woonde en werkte op dat moment in Amerika, bij een vliegtuigfabriek, en daar sloeg het in als een bom.
President Reagan had de verkeersleiders nog zo gewaarschuwd: ‘They are in violation of the law, and if they do not report for work within 48 hours, they have forfeited their jobs and will be terminated.’ Het was een ongehoord dreigement. Meer dan 11.000 verkeersleiders ontslaan? Hoe dan? De hele commerciële luchtvaart zou stil komen te liggen! Het was een loos dreigement, dacht men. De Professional Air Traffic Controllers Organization (PATCO) was er zeker van dat Reagan blufte. PATCO ging de confrontatie aan met de president. En verloor. Reagan blufte niet.6
IF THEY STRIKE, THEY’RE GONE
Waarschijnlijk hadden de PATCO-bestuurders Reagans optreden als daadkrachtige sheriff in de film Law and Order, uit 1953, gemist. Ik neem aan dat dat ook geldt voor de Nederlandse lezer van dit boek. De essentie van de film is de scène waarin het standvastige karakter van een klassieke Amerikaanse sheriff door Reagan wordt vertolkt. De woedende menigte voor zijn deur dacht dat sheriff Reagan blufte en ging de confrontatie aan. Maar de sheriff blufte niet.7 Het fragment komt uit de documentaire The Reagan Show.
Niemand had in 1981 verwacht dat president Reagan zijn dreigement om alle stakende verkeersleiders die niet binnen 48 uur hun werk zouden hervatten écht zou uitvoeren, maar hij deed het toch. Hiermee volgde hij het voorbeeld van zijn eigen rolmodel, Calvin Coolidge, die de politie van Boston had ontslagen, nadat die was gaan staken in 1919.
In 1981 waren vrijwel alle luchtverkeersleiders in Amerika in staking gegaan, om betere lonen en werktijden af te dwingen. De president, zelf notabene een voormalig vakbondsbestuurder van de Screen Actors Guild, wilde er niet van horen. Reagans massa-ontslag pakte gunstig voor hem uit, ondanks alle doemscenario’s en waarschuwingen die hem waren voorgehouden. Het vliegverkeer bleef voor 80% overeind, door de inzet van de overgebleven verkeersleiders, van supervisors en instructeurs, en met extra hulp van militaire verkeersleiders.
Het duurde jaren voordat de oorspronkelijke inzet weer mogelijk was, maar het effect van Reagans besluit was blijvend en verstrekkend. Voortaan wist iedereen in binnen- en buitenland dat Reagan nergens voor terugschrok. Howard Baker, Jr., zijn stafchef, zei: ‘It was a very decisive move. It enhanced the power of the presidency significantly at that time.’ Michael Deaver, Deputy Chief of Staff, zei: ‘I don’t think he thought of it as a seminal moment, but it turned out to be.’8
Reagan bleek een dergelijke actie al jaren daarvoor goed te hebben doordacht, herinnerde Deaver zich, dus toen het moment kwam, was de president er klaar voor. In Californië had hij al eerder iets dergelijks aan de hand gehad met stakende brandweerlieden. Reagan had toen gezegd: ‘A public employee does not have the right to strike. How can you strike against the public? They’re the people who hire you.’
In zijn eigen dagboek had Reagan geschreven: ‘Look, they cannot strike. And if they strike, they’re gone.’ 9 Aldus geschiedde.
Kijk, dacht de 35-jarige Donald Trump, zó doe je dat dus.
GOUVERNEUR REAGAN – 1969
Zelfs als de verkeersleiders Reagans Law and Order-film niet hadden gezien, hadden zij toch kunnen weten dat er met hem niet te spotten viel. Ook als gouverneur had hij zijn harde, principiële kant laten zien. Opgegroeid als Democraat was hij tijdens de Koude Oorlog in 1964 veranderd van politieke kleur. Hij was inmiddels een overtuigd Republikein, die actief de strijd aanging tegen het communisme, dat hij overal zag oprukken, onder en boven de oppervlakte. Medio jaren ’60 ging hij de politiek in. Hij besloot deel te nemen aan de race om gouverneur te worden van de staat Californië, waar hij kon rekenen op financiële en politieke steun en een grote aanhang, mede door zijn bekendheid. Hij won.
Bij het bestuderen van Reagans loopbaan realiseerde ik mij in toenemende mate dat er verrassende parallellen zijn tussen de periode mei-juni 1969, met Nixon als president en Reagan als gouverneur, en de periode mei-juni 2020, toen Trump als president geconfronteerd werd met nationale protestdemonstraties. In 1966 was Reagan gekozen tot gouverneur, onder meer door in zijn campagne op te roepen tot een hardere aanpak van Californië’s universiteiten. Broedplaatsen waren het. Reagan noemde de campus van Berkeley destijds ‘a haven for communist sympathizers, protesters, and sex deviants’. Onderstaande foto’s zijn van Woodstock, de moeder aller festivals, gehouden in augustus 1969 en tekenend voor de sfeer onder de Amerikaanse jeugd.
Dergelijke taferelen waren een doorn in het oog van conservatieve Republikeinen zoals Reagan. Losgeslagen jeugd, drugsgebruikers, werkschuw tuig en ongetwijfeld wemelend van de communisten. Woodstock vond plaats aan de Amerikaanse oostkust, en verliep vreedzaam. Een paar maanden eerder, in mei, was er aan de Amerikaanse westkust iets heel anders gebeurd in People’s Park, Berkeley. Een tragedie. Onder leiding van gouverneur Ronald Reagan.
People’s Park was een park in de universiteitstad Berkeley, dat in april 1969 werd bestemd voor studentenbijeenkomsten en speeches van de Free Speech Movement. Op bovenstaande foto zien we een bijeenkomst van deze beweging, met Free Speech-studentenleider Mario Savio, in 1964.10
Voor gouverneur Reagan was de nieuwe bestemming van het park de aanleiding die hij zocht om hard in te grijpen. Hij stuurde de California Highway Patrol en de politie van Berkeley naar het park toe om het te bezetten en met hekken af te grendelen, ‘op verzoek van de burgemeester’, een Republikein. In reactie op de komst van de politie ontstond er al snel een menigte van duizenden mensen.
Een van de sprekers riep ‘Let’s take the park!’, waarna de menigte oprukte naar het park, roepend ‘We want the park!’ Door het keiharde politieoptreden dat daar op volgde, mondde de confrontatie uit in een bloedbad. Met de instemming van gouverneur Reagan.
IF IT TAKES A BLOODBATH, LET’S GET IT OVER WITH
15 mei 1969 werd in Berkeley bekend als ‘Bloody Thursday’. Er vielen honderden gewonden en één toeschouwer werd doodgeschoten. Sheriff Frank Madigan rechtvaardigde de keuze van het gebruik van dodelijke wapens als volgt: ‘The choice was essentially this: to use shotguns – because we didn’t have the available manpower – or retreat and abandon the City of Berkeley to the mob.’ Let op hoe hij met zijn bewoordingen criminelen maakte van gewone burgers: een groep demonstranten werd door de sheriff ‘the mob’ genoemd. De sheriff weigerde toe te geven dat sommige van zijn eigen deputies, meestal Vietnam-veteranen, buitensporig gewelddadig hadden opgetreden tegen demonstranten, ‘as though they were Viet Cong’.
James Rector was op bezoek bij vrienden in Berkeley en keek toe vanaf een dak in de buurt, toen hij werd neergeschoten door de politie. Rector stierf vier dagen later. Gouverneur Reagan gaf later toe dat Rector ‘probably’ door de politie was gedood, maar praatte het goed door te zeggen: ‘It’s naive to assume that you should send anyone into that kind of conflict with a flyswatter. He’s got to have an appropriate weapon.’
Minstens 126 bewoners van Berkeley werden opgenomen in het ziekenhuis, onder andere met schotwonden, toegebracht door de politie. Die avond riep gouverneur Reagan ‘the state of emergency’ uit en stuurde 2.700 manschappen van de National Guard naar het gebied toe, lijnrecht tegen de wens in van de gemeenteraad van Berkeley. Met bajonetten bevestigd aan hun geweren veegden de militairen de straten schoon.
Op 20 mei vlogen helikopters van de National Guard boven de campus van Berkeley en strooiden traangas uit over het terrein, waarna het zich over de hele stad verspreidde. Gouverneur Reagan zou later toegeven dat dat ‘a tactical mistake’ was geweest.11 In eigen kring had hij gezegd: ‘If it takes a bloodbath, let’s get it over with. No more appeasement.’12
Kijk, dacht de 23-jarige Donald Trump, zó doe je dat dus.
ONCE THE DOGS OF WAR HAVE BEEN UNLEASHED, THINGS WILL HAPPEN
Twee weken lang beheersten de militaire troepen de straten van Berkeley, waarbij zelfs kleine bijeenkomsten met traangas uiteen werden gehaald. Reagan keek er later op terug: ‘Once the dogs of war have been unleashed, you must expect things will happen, and that people, being human, will make mistakes on both sides.’
Op 30 mei demonstreerden maar liefst 30.000 van de 100.000 inwoners van Berkeley, in protest tegen de belegering van hun stad.13
Op de zwartwitfoto, gemaakt op 16 mei 1969, zien we de troepen van de Nationale Garde, vlak voor zij de straten bij People’s Park schoonveegden.14 Op de kleurenfoto zien we de recente confrontatie tussen politie en demonstranten in mei 2020 – de mondkapjes dienden ter bescherming tegen het coronavirus.15
WHEN THE LOOTING STARTS, THE SHOOTING STARTS
Mocht het uit de hand lopen, dan wisten politie en militairen zich zowel in 1969 als in 2020 gedekt, en zelfs aangemoedigd, door hun hoogste baas. President Trump gebruikte in zijn tweet vergelijkbare taal als Ronald Reagan. Hij besloot zijn tweet met de beladen term ‘when the looting starts, the shooting starts’, die ooit gebruikt werd door Walter Headley, de racistische sheriff van Miami, tijdens rellen in 1967. Headley had zijn agenten geïnstrueerd shotguns te gebruiken. Tegen de pers had hij gezegd: ‘We don’t mind being accused of police brutality’. Zijn superieuren hielden hem de hand boven het hoofd, maar volgens een historicus had Headley ‘a long history of bigotry against the black community’.16
Noot: na jarenlang alle tweets van Donald Trump zonder enige kanttekening te hebben doorgelaten, had Twitter dit bericht bovenin voorzien van een toelichting. De wereld was langzaam maar zeker aan het veranderen om Trump heen, maar hij wilde er nog niet aan.
MOST OF YOU ARE WEAK
De parallellen tussen 1969 en 2020 zeggen veel over de belevingswereld van president Trump, en de tijd waarin hij is opgegroeid. Zowel Richard Nixon als Ronald Reagan waren belangrijke rolmodellen voor Trump. Als jonge volwassene had hij ze nauwlettend gevolgd. De wijze waarop gouverneur Reagan de demonstraties in Berkeley in 1969 had neergeslagen, gesteund door zijn partijgenoot Nixon in Het Witte Huis, was volgens mij de blauwdruk die Trump voor ogen stond bij het bestraffend toespreken van zijn eigen gouverneurs, toen de talrijke demonstraties na de moord op George Floyd bleven aanhouden in het hele land. In een telefoongesprek op maandag 1 juni 2020 vond Trump dat zij harder moesten optreden: ‘most of you are weak’.
Als de gouverneurs de straten niet zouden ‘heroveren’ op de demonstranten en overmacht zouden inzetten zouden ze op ‘fools’ lijken, zei Trump. Trump drukte hen op het hart: ‘You have to dominate. If you don’t dominate, you’re wasting your time. They’re going to run over you. You’re going to look like a bunch of jerks.’ Trump vertelde de gouverneurs: ‘You have to use the military’ en ‘we have a wonderful military’.
Hij refereerde in het telefoongesprek aan de Occupy Wall Street-beweging als een ‘disgrace’, tot die beëindigd werd door burgemeesters en gouverneurs die ‘tough’ waren. Onderstaande foto is gemaakt in 2011 tijdens zo’n Occupy California-demonstratie in Berkeley. ‘Police brutality’ was toen ook al een steen des aanstoots, net als eerder in 1969 en net als later in 2020.17
DOMINATION. IT WAS A BEAUTIFUL THING TO WATCH
Minister van Defensie Esper had 70.000 National Guard manschappen in 29 staten geactiveerd, maar zij waren spaarzaam ingezet. De gouverneurs die hadden gedaan wat hij voor ogen had werden door Trump gecomplimenteerd. Hij voegde er aan toe dat de eerste respons in Minneapolis ‘weak and pathetic’ was geweest. Daarna was de fase met de National Guard goed geweest: ‘domination … It couldn’t be any better. It was a beautiful thing to watch’. Trump zei tegen de gouverneurs: ‘But you’ve got to arrest people, you have to try people, you have to put them in jail for 10 years, then you’ll never see this stuff again. And you have to let them know that.’ 18
Zo praat een dictator, zo praat president Trump. Maar hij had het allemaal niet zelf verzonnen. Elke dictator heeft zijn eigen rolmodellen, die hem hebben laten zien hoe het moet. Donald Trump had het allemaal eerder gezien in zijn eigen land. Gouverneur Reagan had in 1969 gedaan wat president Trumps ‘eigen’ gouverneurs in 2020 van hem moesten doen: de National Guard inzetten om de straten schoon te vegen. Als het aan Trump had gelegen was 2020 een herhaling geworden van Berkeley 1969. In dat geval zou hij het buitensporige geweld van politie en leger op soortgelijke wijze hebben goedgepraat als Reagan dat had gedaan.19
PRESIDENT TRUMP – 2020
Het verhaal van ‘Bloody Thursday’ uit 1969 is relevant, vanwege de gelijkenis met 1 juni 2020, toen de politie met harde hand het Lafayette Park in Washington schoonveegde.20 Toen de geweldloze protesten tegen politiegeweld in mei-juni 2020 dicht bij Het Witte Huis kwamen, greep Trump de kans de demonstranten een lesje te leren. Als president had hij de beschikking over zijn politie en zijn leger. En natuurlijk wist hij zich gedekt door zijn achterban.
Zijn volgelingen hadden, net als hun president, verontrustende beelden gezien op hun favoriete televisiezender FoxNews. Zij zagen demonstranten die de avondklok negeerden in de nacht van 31 mei op 1 juni, en zij zagen een aantal brandjes in Washington, waarvan er eentje op loopafstand van Het Witte Huis was waargenomen. Deze waren ontstaan nadat de politie de demonstranten terug had gedrongen met traangas. Chaos was het gevolg geweest.
BEHIND THE HAVOC IN THE PARK
Een van de brandjes vond plaats in de kelder van St. John’s Episcopal Church, op loopafstand van Trumps residentie, maar deze was snel geblust. Dat weekend had Trump met groeiende ergernis naar de televisie gekeken en demonstraties in het hele land gezien. Duizenden arrestaties waren gepleegd, maar hij vond dat de politie onvoldoende hard optrad tegen de protesten. Hij wilde het leger inzetten tegen de demonstranten, maar stuitte op weerstand van gouverneurs en legerleiding. Hij was gefrustreerd en we weten dat hij impulsieve dingen doet als hij boos is.
Zelf was hij dat weekend noodgedwongen drie keer naar de bunker onder Het Witte Huis gegaan, naar eigen zeggen wegens ‘inspections’, maar dat geloofde niemand. Hij zal het als een persoonlijke, letterlijke vernedering hebben ervaren. Een symbolische daad was broodnodig om aan zichzelf en aan zijn supporters in heel Amerika te laten zien dat er maar één persoon de baas was in Washington: hij. Een plan werd nog diezelfde dag uitgewerkt, dat voor de meeste mensen buiten Het Witte Huis geheim werd gehouden. Op maandag 1 juni werd het uitgevoerd. The New York Times publiceerde een paar dagen later een reconstructie: ‘Behind the havoc in the park’.21
I’M YOUR PRESIDENT OF LAW AND ORDER
Om 17:07 uur arriveerden vrachtwagens met manschappen van de National Guard bij Het Witte Huis. Twee leden van het Secret Service counterassault team kwamen naar buiten met verrekijkers om Lafayette Park te verkennen. Op het dak van The West Wing namen scherpschutters hun posities in. Ondertussen verzamelden agenten in ‘riot gear’ zich bij Lafayette Park, alsof zij een bende hooligans te lijf moesten gaan. Een aantal van hen ging knielen. Niet, zoals sommige demonstranten dachten, uit solidariteit met hen, maar om hun gasmaskers op te doen. De sfeer werd grimmig.
De pers werd ondertussen gevraagd om naar de Rose Garden te komen voor een korte speech van de president om 18:03 uur. Daar sprak hij woorden als ‘I’m your president of law and order’ en ‘an ally of all peaceful protesters’. Hij beloofde zijn aanhangers: ‘We are ending the riots and lawlessness that has spread throughout our country. We will end it now.’22
Op datzelfde moment was Trumps politie bezig vreedzame demonstranten op gewelddadige wijze, met rubberkogels, pepper spray en rookbommen, te verwijderen van Lafayette Park, zoals Reagans politie bijna 50 jaar eerder People’s Park had schoongeveegd.
Om 18:17 uur kwam een lange rij agenten in Geheime Dienst-uniformen te voorschijn, die oprukten naar de demonstranten, als een pretoriaanse garde die de weg moest vrijmaken voor een Romeinse keizer van weleer.
Om 18:30 uur waren de politietroepen bij de kerk om iedereen daar weg te duwen. Voor de kerk zouden namelijk de opnames plaats moeten vinden van een bijzondere fotosessie van de keizer.
IT’S A BIBLE
Vergezeld van zijn handlangers wandelde Trump vervolgens met ferme stap van Het Witte Huis naar St. John’s Episcopal Church. Foutje van de regie: ze waren vergeten een gekleurde Amerikaan aan het gezelschap toe te voegen. Optisch gezien was een all-white groep natuurlijk wel een duidelijk signaal naar zijn eigen, voornamelijk blanke aanhang, maar het was niet handig met het oog op eventuele verwijten dat de president racistisch zou zijn, want dat was hij niet – dat had hij herhaaldelijk gezegd en een president moet je op zijn woord kunnen geloven. Maar ja, dat soort foutjes zijn niet te vermijden als je een impulsief idee van de baas binnen een dag moet zien uit te voeren. Een mens kan nu eenmaal niet aan alles denken.
Nu werd eindelijk duidelijk wat Trumps plan was: een foto met een bijbel in zijn hand, met de kerk op de achtergrond, de ideale photo-op voor een president die aan zijn christelijke achterban wil laten zien dat hij God nog steeds aan zijn kant had. Een stichtelijk woord of een voordracht uit de Bijbel was niet nodig voor de foto. Een journalist vroeg hem: ‘Is it your Bible?’, waarop de president antwoordde: ‘It’s a Bible’ (het boek was afkomstig uit Melania’s handtas).23
THEY WERE VICIOUS, THEY WERE HORRIBLE, BUT THEY PUT IT DOWN WITH STRENGTH
Achteraf toonde Trump zich uiterst tevreden. Van het disproportionele politiegeweld zou hij zeker niet wakker liggen. Integendeel. Donald Trump had zich in 1990 tegenover Playboy, waarschijnlijk als enige Amerikaan, positief uitgesproken over de wijze waarop de Chinese autoriteiten de demonstraties op het Tiananmenplein in 1989 met bruut geweld hadden neergeslagen: ‘When the students poured into Tiananmen Square, the Chinese government almost blew it. Then they were vicious, they were horrible, but they put it down with strength. That shows you the power of strength. Our country is right now perceived as weak … as being spit on by the rest of the world.’ In datzelfde interview had hij gezegd: ‘Vision is my best asset. I know what sells and I know what people want.’24
In dat opzicht had Trump nu zijn eigen Tiananmen-TV-moment geregisseerd. Jammer dat er geen tanks aan te pas waren gekomen. Volgens The Daily Beast had hij wel geïnformeerd of er geen tanks of vliegtuigen bij een militaire inzet gebruikt konden worden, maar verder dan een laaghangende helikopter boven de demonstranten waren dergelijke aanvalsplannen niet gekomen.25
Whatever, je kunt niet alles hebben. You can’t always get what you want. De president twitterde na afloop dan ook voldaan: ‘Washington, D.C., was the safest place on earth last night’. Trumps actie lokte natuurlijk wel een storm van kritiek uit, maar dat was ingecalculeerd. Sommige Democraten gebruikten woorden als ‘fascist’ en ‘dictator’. Missie geslaagd, zou je zeggen. Of toch niet?
A SYMBOL OF DIVISION
Er kwam ook kritiek uit onverwachte hoek, zoals van bishop Mariann Budde, het hoofd van de Episcopal Dioces of Washington. Zij stuurde op 2 juni een vernietigende tweet de wereld in: ‘Tonight President just used a Bible and a church of my diocese as a backdrop for a message antithetical to the teachings of Jesus and everything the church stands for. To do so, he sanctioned the use of tear gas by police officers in riot gear to clear the church yard.’ Budde zei dat Trump de bijbel had gebruikt als ‘a symbol of division’.
Er kwam zelfs kritiek van een aantal Republikeinen en van zijn eigen Minister van Defensie, Mark Esper, die notabene mee had gelopen en op dezelfde dag nog de juiste oorlogstaal had gebruikt tegenover de gouverneurs: ‘dominate the battle space’.26 Trump wees alle kritiek een dag later op zijn karakteristieke wijze van de hand, met een tweet: ‘You got it wrong! If the protesters were so peaceful, why did they light the Church on fire the night before? People liked my walk to this historic place of worship!’
THOSE SOUNDS AND THE GAS, IT WILL BE WITH ME
Gini Gerbasi, de rector van St. John’s Episcopal Church of Georgetown, was op de bewuste plek aanwezig geweest toen de politie de ongewapende, vreedzame demonstranten met rookbommen, rubberkogels en pepper spray verwijderde voor Trumps photo-op. Zij zei tegen CNN: ‘I was completely stunned. I never would imagine that I would look up and see an entire line of police officers all in this heavy military gear, all black and these shields, literally, pushing and shoving and driving people off of the church patio. I looked up and there they were. I was helping wipe away tears in people’s eyes … and suddenly the police were pushing us back.’27
Julia Dominick, een seminarist van het Virginia Theological Seminary in Alexandria, Virginia, en zuster op een Emergency Room-afdeling, was bezig een gewonde demonstrant te helpen, toen zij door het politiegeweld werd overvallen. Het was een traumatische ervaring: ‘There was not a warning. I’ve never been in a war. I’ve never been shot at. I’ve never been afraid in that way. Those sounds and the gas, it will be with me.’28 Julia was nog nooit in een ‘war’ geweest. Nu wel. Dit was de wijze waarop Donald Trump zijn ‘law and order’ presidentschap wilde bewijzen.
THE LOWLIFES AND LOSERS ARE RIPPING YOU APART. ACT FAST!
In de week na Trumps photo-op bleek hoe averechts zijn impulsieve daad had gewerkt, en bovendien, hoe machteloos hij zichzelf inmiddels had gemaakt. Tegen de gouverneurs had hij gezegd dat zij ‘weak’ waren. Hij adviseerde hen dringend ‘to dominate’. Op 2 juni twitterde Trump, zonder resultaat, dat burgemeester Bill de Blasio harder moest optreden: ‘NYC, CALL UP THE NATIONAL GUARD. The lowlifes and losers are ripping you apart. Act fast! Don’t make the same horrible and deadly mistake you made with the Nursing Homes!!!’ Het laatste was een steek onder water, refererend aan het hoge aantal coronadoden in New York. De Blasio twitterde de volgende dag: ‘At Barclays Center now. Very calm situation. So far, the curfew is certainly helping, based on everything I’ve seen in Brooklyn and Manhattan over the last three hours.’29
LAW AND ORDER MUST BE RESTORED
Onder druk van de aanhoudende roep om structurele ingrepen in het politie-apparaat, tekende ‘law and order’– president Trump voor de vorm een executive order, die weinig om het lijf had. Even daarvoor had hij een ontmoeting gehad met nabestaanden van slachtoffers van politiegeweld, maar geen van hen had hij uitgenodigd om achter hem te staan tijdens de ondertekening van zijn executive order. Voor de foto, bedoeld voor zijn achterban, liet Trump zich uitsluitend omringen door sheriffs en hooggeplaatste politiebestuurders. Hij verdedigde het politie-optreden en fulmineerde over de betogers: ‘Law and order must be restored … the looters have no cause that they’re fighting for – just trouble. Americans know the truth: without police, there is chaos. Without law, there is anarchy.’30
Nee, structurele hervormingen, die de politie minder dodelijk, minder gewelddadig en minder racistisch zouden maken, zouden niet uit Trumps koker komen. Dat wisten zowel zijn vrienden als zijn vijanden. Na 3,5 jaar presidentschap kon ik wel raden welke periode hij in gedachten had gehad toen hij zei ‘Make America Great Again’: de jaren ’50. In de jaren ’50 bestond er nog respect voor de politie, mocht racisme nog geen racisme heten, werkten aan elkaar geketende gevangenen nog in zwartwit-gestreepte pakken aan de weg, kwamen de meeste immigranten nog voornamelijk uit Europa en had Amerika nog geen Vietnam-oorlog verloren. In 1953 was Ronald Reagan nog acteur, die een sheriff speelde in de film Law and Order. Zo overzichtelijk als het leven was in Amerika in 1953, zo helder waren de rollen verdeeld in de westerns uit die tijd.
In 1953 was Donald 7 jaar oud, woonde hij nog bij zijn ouders thuis en was hij nog onwetend van het feit dat hij een paar jaar later verbannen zou worden naar een militair internaat. In 1953 was het leven – zijn leven – nog goed geweest. Toen was Amerika Great. In 1953 stonden de hoogste wolkenkrabbers ter wereld nog in Amerika. In die tijd keek de hele wereld jaloers naar Amerika. Naar die tijd verlangde Donald terug. Make America Great Again.
Waar Donald Trump eigenlijk van droomde, was een tijdmachine die zijn land terug in de tijd kon plaatsen. In 2016 was gebleken dat tientallen miljoenen Amerikanen zijn verlangen naar vroeger hadden gedeeld. Zij hadden hem gesteund in het ongedaan willen maken van alles wat progressief Amerika sinds de jaren ’50 had veranderd. Net als hij waren zij ontevreden over wat de rest van de wereld, geholpen door hun eigen leiders, Amerika had aangedaan. Trump wilde niet alleen de waarheid naar zijn hand zetten, hij wilde ook de tijd naar zijn hand zetten. Maar zowel de waarheid als de tijd zaten hem op de hielen.
In 2016 waren Trumps volgelingen nog onwetend van het feit dat er een paar jaar later iets fundamenteels zou zijn verschoven in de Amerikaanse samenleving. In 2016 was Donald Trump nog verwikkeld in de spannendste verkiezingsrace sinds jaren, met Hillary Clinton als gedoodverfde winnaar. In Deel III heb ik beschreven hoe Trump de kunst van het bedriegen tot grote hoogte wist te verheffen. In Deel IV. The Art of the Cult beschrijf ik hoe Trump daarmee Het Witte Huis veroverde en zijn aanhang hersenspoelde als een ware sekteleider.